In navolging van vader Max en dochter Natascha van Weezel, die elkaar – eerst op de Jonetwebsite en later in dagblad Trouw – brieven schreven, voeren mijn zoon Asjer en ik een correspondentie in het NIW (Nieuw Israëlietisch Weekblad). Na een week plaats ik de brieven door in dit blog.
Lieve Pap,
In Joods Nederland kan er best wel eens flink geklaagd worden. De jongere generatie is niet zelden het mikpunt. Hoe kunnen we ervoor zorgen dat jongeren actiever deelnemen aan het Joodse leven? Waarbij ‘jongere’ volgens mij alleen binnen de Joodse gemeenschap een etiket is dat je tot je 45e opgeplakt kan krijgen. De oplossing van Joods Nederland? We bieden de jongeren aan eens per maand met de bejaarden te vergaderen – zoals ik iemand ooit eens ironisch hoorde opmerken. Dat zal ze ongetwijfeld een gevoel van betrokkenheid en verantwoordelijkheid geven. De teleurstelling is groot wanneer blijkt dat deze oplossing niet tot de gewenste betrokkenheid leidt.
Maar het kan ook anders. Afgelopen vrijdag was ik in sjoel voor de jongerendienst in de LJG Amsterdam. Een kleine veertig jongeren kwamen samen om te eten in de soeka. Ze leerden over de parasja en leidden daarna zelf de dienst. Iedereen deed een deel. Soms alleen, soms samen met anderen. Er werd driestemmig gezongen en ook de derasja werd verzorgd door een van de jongeren. Om de één of andere reden is de vibe die dan in sjoel hangt totaal anders dan op een reguliere sjabbat. Er ging een soort positieve energie van uit die perfect aansloot bij het positieve nieuws over de verwachte vrijlating van de gijzelaars eerder die week.
En het laat zien: jongeren willen wel. Als je maar daadwerkelijk ruimte maakt, letterlijk en figuurlijk. Op de plekken waar het ertoe doet. En – het spijt mij voor alle bestuurders – dat is niet de vergadertafel.
Tijdens de derasja van de jongerendienst werd verteld over een groepje dertigers en veertigers die begin jaren ‘90 hun eigen soeka wilden bouwen. Het klonk als een kleine revolutie: jonge Joden die hun eigen Joodse leven wilden vormgeven en daarvoor naar de bouwmarkt trokken om houten balken en rieten matten te halen. Je herkent het verhaal misschien: uit de derasja begreep ik dat jij degene was die een aantal leeftijdsgenoten tipte over welke bouwmarkt de juiste materialen verkocht. Ik vind het best bijzonder dat de soeka die (bijna) elk jaar in jullie tuin staat, replica’s kent bij andere gezinnen. Wat maakte dat jullie toen allemaal zo enthousiast werden van het bouwen van je eigen soeka?
In je vorige brief vroeg je mij wat we kunnen doen in deze nieuwe realiteit van na 7 oktober 2023. Petities tekenen? Demonstreren? Politiek actief worden? Allemaal opties. Maar lang niet zo effectief als de oplossing die je zelf – misschien zonder er op die manier over na te denken – begin jaren ’90 aandroeg. Jonge mensen helpen een soeka te bouwen. Ze de juiste weg wijzen richting de tools om hun Joodse leven vorm te geven. Wanneer het Joodse leven onder druk staat is het enige juiste antwoord meer Joods leven. Jew up, don’t jew down.
Mijn volgende brief ontvang je vanuit Jeruzalem waar ik ruim twee maanden zal verblijven. Wanneer ik dit schrijf, lijkt het er sterk op dat Israël een nieuwe realiteit tegemoet gaat. Een nieuwe realiteit die hopelijk ook wat rust brengt hier in Nederland. Hoognodige en langverwachte rust.
Liefs,
Asjer
Deze brief verscheen eerder als column in het NIW (Nieuw Israëlietisch Weekblad) van 17 oktober 2025.